Francisco Sol. You just don’t understand.

Veel voetballers lijken soms zielloze zzp’ers die speelminuten voor jouw club zien als zendtijd voor hun talenten. Maar er is een man die beseft dat ie ook in jouw dienst speelt, ook al groeide hij op bij een club waar voetballers filmsterren zijn: Fran Sol. ,,Football is meant to be loved by the people.”

Geen man kan emblemen kussen zoals Francisco Sol Ortiz dat kan (dat weet hij zelf ook). Hoeveel spelers deden in het verleden niet wat hij nu doet? In juichende stadions drukten ze de lippen op het vergulde kroontje na een vluchtige blik op het publiek, maar de zojuist bewezen dienst was een transactie, geen doelpunt.

Bij Fran Sol is dat anders. ,,Ik doe het omdat ik het VOEL.”

Liefhebbers van voetbalcultuur herkennen dat. Ze zien het. Ze zien hoe Fran Sol na een gewonnen danwel verloren strijd zijn pas vertraagt tijdens de ereronde. Ze zien hoe hij eventjes inhoudt, hoe hij zich langzaam loszingt van de groep en solo luistert naar de geluiden van de tribune.

Hij weet het. Hij weet wat er gaat gebeuren. De eerste supporter die het ziet zal het inzetten. De tweede zal volgen. Dan het kringetje om die twee heen, een rij hoger zullen ze meedoen, een rij lager ook, het hele vak, en het vak ernaast, ja, de hele tribune zal hem toezingen.

We’ve got Fran Sol
Francisco Sol
I just don’t think you understand

Foto: Toin Damen

Nu zit hij hier zelf een keer, aan de andere kant van de gracht. Rij 3 stoel 3, een kapotgetrapt en weer vervangen exemplaar dat iets uitsteekt boven de andere kuipjes omdat het oude model uit voorraad was.

Natuurlijk vond hij het goed, een interview op de King Side, ook al is het dinsdagavond en zwepen de touwen buiten tegen de vlaggenmasten voor de hoofdingang.

Ja. Natuurlijk.

Ze kunnen hem bij Willem II overal voor vragen, zegt hij. Of het nu op een basisschool of bij een sponsor is, hij vertegenwoordigt de club met plezier. Dan parkeert hij zijn grijze Opel gewoon in het vak van de hoofdtrainer en wacht zijn door tegenlicht omlijnde silhouet (kijk, het hipsterknotje) je op in de verduisterde ontvangsruimte. Hij zal je de hand schudden alsof dit allemaal zijn huiskamer is. ,,Hello, Fran.”

Veel voetballers zien afspraken als deze als huiswerk. Fran Sol niet. ,,Ik vind het leuk. I really like.”

Een duif schiet weg vanachter de reclame onder het golfdak.

Hij heeft een speciale band met het publiek hier, ja natuurlijk weet hij dat. Dat is niet altijd zo geweest, het is langzaam gegroeid, al wist hij op die ene middag in mei 2016 meteen dat hij hier goed zou zitten. Hoe vaker het verhaal verteld wordt, hoe legendarischer het lijkt.

De man die hem voor Willem II had gescout heette Roland Vroomans. Die was naar Spanje gevlogen om met hem te praten.

Zo graag wilde Willem II hem hebben. Dat hè. Dat had nog nooit iemand gedaan, zegt Sol. ,,Ook de afgelopen transferperiode niet.”

Voor die middag in mei 2016 had Vroomans hem uitgenodigd voor de beslissende strijd om lijfsbehoud tegen NAC. ,,Goeie keuze, haha.’’

Vanuit de skybox van Tricorp staarde Francisco Sol Ortiz naar stadionfakkels en pitch invaders. ,,I loved that.’’

Foto: Toin Damen

Foto: Toin Damen

Natuurlijk had hij het stadion al gecheckt voor hij kwam. Natuurlijk had hij al gekeken waar de fanatieke supporters zouden staan. En natuurlijk had hij de naam van de tribune opgezocht. King Side. King Size. Grappig. ,,Daar moest ik aan denken. King Size. Iets groots. Woordspelingen waar ik wel van houd. Ik vond die letters mooi, hierboven. King Side.’’

En ja, natuurlijk moest die eerste persfoto in rood-wit-blauw geschoten worden tegen precies die achtergrond, acht letters gevormd door de witte kuipjes, de witte kuipjes waarop deze avond vertelt. KING SIDE. Waarom? ,,Football is meant to be loved by the public and by the people’’, zegt hij, de gympen op de rug van het stoeltje een rij lager.

,,Anders zou ik niet voetballen. Als ik voor niemand zou moeten spelen zou ik helemaal niet spelen. Ik wil mezelf laten zien, ik wil laten zien wat ik kan. And my emotions. Als ik die aan niemand kon tonen zou ik er geen plezier in hebben, dan zou ik niet voetballen.’’ Zo iemand is hij gewoon, zegt hij. Emotioneel.

,,I like the emotions and the passion of the people."

En dus houdt hij ervan als een ander dat ook doet. Neem Donis Avdijaj, zegt hij, die showt zijn emotions ook. Oké, soms gaat ie wel een beetje ver, maar daar houdt hij dus van. Gewoon, omdat hij in ieder geval íets van emotie laat zien. Hij is… authentiek. Niet alle spelers hebben dat. Dat is oké, natuurlijk is dat oké. ,,But I don’t share it.”

Foto: Toin Damen

Zijn we wel eens in Estadio Santiago Bernabéu geweest, vraagt hij? Ja, tachtigduizend man. Klopt. ,,Maar je hoort ze niet als Real Madrid achter staat.” Dat vindt hij zo mooi aan Willem II, hij wist het al op die middag in mei 2016, en hij weet het nog steeds.

,,Alle grote clubs hebben great supporters als ze winnen. Maar ook NAC… Toen wij in Breda 2-1 voor stonden, hoorde je niemand. In plaats van te pushen, begonnen ze te fluiten. Oh, kom op. Als dat bij Willem II zo zou gaan, zou ik dat niet tof vinden. Natuurlijk, ik zou hier wel kunnen spelen, haha, maar dan had ik er geen plezier in gehad. We stonden achter tegen Feyenoord en we forceerden een corner en de mensen schreeuwden. We maakten een tackle en de mensen schreeuwden. Bij andere clubs gaat het echt anders. Hier reageren de mensen meer op het spel. English style, you know. Tegen Heracles stonden we 4-0 voor, vaak zie je dan dat de eerste mensen toch alvast naar huis gaan. Maar iedereen bleef staan.’’

“Toen wij in Breda 2-1 voor stonden, hoorde je niemand. In plaats van te pushen, begonnen ze te fluiten. Oh, kom op.”

Foto: Toin Damen

“Ik doe het omdat ik het VOEL. Willem II heeft me alles gegeven."

Je verwacht het niet, zegt hij, zo gewaardeerd te worden. Maar nu het gebeurt? Nu het gebeurt is hij dankbaar. Al dat werk. ,,Het heeft iets betekend.”

Waardering is niet iets wat je kunt creeëren, het ontstaat, het groeit, een embleem zoenen is niet genoeg. Hij herkent dat wel, zegt hij. Als Francisco Román Alarcón Suárez (artiestennaam: Isco) scoort en het logo van Real Madrid kust, ziet dat er niet authentiek uit. ,,Je moet van voetbal houden om het te begrijpen. Het zijn details. Hij is een heel goeie voetballer, dat weten we allemaal. Maar je ziet dat hij speelt voor de naam op de achterkant van het shirt, niet voor het logo op de voorkant. Soms zie je het, als een speler zoiets doet om geliefd te worden door het publiek.

Willem II gaf hem de kans om te spelen zoals hij wil spelen, zegt hij. Voor publiek. Voor liefhebbers. Niet in een of andere tweede divisie vol lege stadions. ,,De mensen en de club en de stad hebben me veel gegeven. Ik doe het omdat ik het voel, ik voel dat ik om Willem II geef.”

En dat was nog voor die diepe momenten waarop Fran Sol de steun zo nodig had. De kinderwens, de diagnose teelbalkanker, de vrees voor het allerergste, de spandoeken en de Spaanse vlaggen, de goede afloop. Het verhaal is bekend.

,,Andere clubs… Ze zullen komen. Ik weet het niet. Eventually they will come. Maar ik zal altijd van Willem II houden. Ik weet het niet. Sometimes it’s a feeling you can’t explain.
Lachen. Schouders ophalen. Nee toch, snap jij het?

Eigenlijk zit hij zo niet in elkaar maar soms vertelt hij dit soort verhalen tegen jongere spelers. ,,Je moet dankbaar zijn dat je hier speelt”, zegt hij dan. ,,Heel veel jongens van 21 of 23 jaar zouden hier nu willen staan, en jij staat er al, dus geniet ervan. Je moet er trots op zijn dat je voor Willem II speelt. Voor mij is Willem II het belangrijkst omdat Willem II van me houdt, omdat Willem II me wil, haha, dit is… En dan heb ik weer dat gevoel. Ik kan voor andere clubs spelen maar het wordt nooit zoals bij Willem II. Dat weet ik gewoon.’’

Het moment waarop Francisco Sol Ortiz wist dat het goed zat, was de week na de historische overwinning bij Ajax: 1-2 bij een tegenstander waar Willem II in honderd jaar nog niet gewonnen had. Maar Sol maakte de winnende, gleed op z’n kniëen, speelde vol bravoure een Spaans luchtgitaartje in de Arena, en een week later hoorde hij dat er iets was veranderd, hij hoorde het gewoon. Hij hoorde het aan de manier waarop hij werd toegezongen.

We’ve got Fran Sol
Francisco Sol
I just don’t think you understand

Je moet erin geloven en dat uitstralen, zegt hij. Het enige verschil is dat zij Ajax-shirts dragen en wij Willem II-shirts. ,,Daarom houd ik van emotionele spelers. Omdat ze weten dat ze kunnen winnen. You beat Ajax being arrogant.”

Arrogant? Bij Willem II?
Oké, een klein beetje dan.

,,Op een ander niveau, waar wij nu staan, zouden we een beetje zo moeten zijn. Omdat jullie supporters zijn en jullie daar zouden willen staan. Geef de mensen wat ze willen zien. Toen ik als kind voetballers zag die niet veel emotie toonden, hield ik daar niet zo van. Dacht ik: dat kan ik beter. Benzema is een geweldige voetballer. No doubt. Maar als ik hem zie denk ik ‘wow, als ik nummer 9 droeg bij Real Madrid, zou ik laten zien dat ik alles gaf’. Zoals Luis Suárez. Hij gààt. Altijd. Oké, dat kan hij natuurlijk ook, omdat hij niet zoveel hoeft mee te verdedigen, omdat hij bij Barcelona speelt en ik niet, haha. Oké, maar hij is anders, snap je?”

Ja, Luis Suárez. Als hij hier een seizoenkaart had, voor deze stoel hier op de KING SIDE, dan zou hij spelers op dat veld hier willen zien spelen zoals Luis Suárez. Fel, emotioneel. Natuurlijk wil je mooie bewegingen en mooie acties zien. Maar uiteindelijk heeft iedereen wel iets van techniek. Het gaat erom hoe graag je wil winnen, laten zien hoe graag je die goal wil maken. ,,Dat is het minste, in mijn ogen.”

Als je Alireza Jahanbaksh of Hakim Ziyech ziet, zie je dat ze plezier hebben, zegt hij. ,,Als je dat verliest, verlies je je illusie. Dan ben je klaar.”

Maar ja: hoe kun je nu geen plezier hebt als je wordt betaald om te voetballen? ,,Het is een vraag waar een antwoord op bestaat.”

We dromen er allemaal van om in grote stadions te spelen, zegt hij. Maar omdat het zo’n grote droom is, voel je de druk. Druk om te slagen. Terwijl je misschien nog niet bij de club van je dromen speelt. Dan wordt de druk te groot. Verstikkend. ,,You choke.”

Het is de kunst om te beseffen dat je dit al bereikt hebt, zegt Sol, en kijkt de tribunes rond, van de lange zijde en de Goirlese zijde naar de hoofdtribune. ,,Voor sommige spelers is een kleinere club een misstap. Dat is normaal. Dat had ik ook. Maar je moet weten: you already have this. Toen ik hier kwam, leerde ik te genieten van het moment. En als je geniet van het moment, kun je weer plezier hebben. Die druk voel ik niet meer. Dit is geen misstap meer. Ik heb bereikt waar ik voor werkte. Morgen kan ik in het ziekenhuis terecht komen met melanoom of weet ik wat, en lig ik er vier maanden uit. Er is geen grotere stap dan dit moment. Als je dat beseft, heb je plezier in het voetbal.”

Foto: Toin Damen

Natuurlijk. Hij wil altijd hogerop. ,,Daarom train ik hard.”

Hij wijst naar een denkbeeldige ring bovenop de lange zijde. ,,Maar als je denkt dat je dààr al bent en niet hier, dan heb je geen plezier. Dan hoor je de fans je naam niet zingen.”

Als jongen was hij geen supporter op de stands. De eerste keer dat hij zoiets meemaakte was in die uitwedstrijd tegen AZ. ,,It was crazy, haha, it was so nice. Nee, nee, nee, het was echt mijn eigen idee. Omdat ik wist dat ik niet kon spelen vroeg ik aan Mischa Rook (de teammanager, red.): zal ik in het uitvak gaan staan? Hij zei: doe lekker waar je zin in hebt.”

,,Soms zie ik jullie. Dan ren ik, zie ik jullie en denk ik: wow, ik wilde dat ik daar nu stond.“

,,Soms zie ik jullie. Dan ren ik, zie ik jullie en denk ik: wow, ik wilde dat ik daar nu stond. Niet omdat ik niet wil spelen of zo, maar in een andere situatie. Nou ja, je snapt wat ik bedoel. Bij AZ kon ik daar maar één helft staan, het was too crazy. Iedereen pakte me vast en zo, dus ik zei: oké, één helft is genoeg. Ik hoop niet dat het nog een keer nodig is, maar anders zou ik het zo weer doen.”

Het publiek geeft je energie, zegt hij. In een duel. Dan kun je het horen, dat kun je voelen. Daar kun je mee spelen. ,,You have to interact.”

Maar soms moet je stilstaan.

Hij weet nog wat hij dacht toen hij daar stond, even buiten dat zestienmetergebied hiervoor, in die legendarische wedstrijd tegen PSV. Soepele aanname, volley, in het zijnet. Bam. 2-0.

Francisco Sol Ortiz juichte niet, hij kuste geen embleem, hij speelde geen luchtgitaar en gleed niet op zijn kniëen. Hij stond en staarde naar de King Side.

,,Dat was gestoord. Dit was het moment waarop ik iedereen hoorde schreeuwen, really crazy. Ik wilde niet rennen, ik wilde horen hoe het publiek dit moment vierde, at that very moment. Op dat moment dacht ik: NU realiseer ik wat er gebeurt, hier geniet ik van. Dan denk ik niet aan morgen of aan gisteren. I think this is the moment, I stop the clock. And fuck: NOW i’m enjoying.